Wed 11 Nov 2009
Na het alarm, doe ik mijn ogen verschrikt open. De wekker laat het zien in concrete cijfers: 06:30. Woest uit mijn slaap weg gerukt, komt na een tijdje het besef, waarom ik op dit onmogelijke tijdstip, in de herfstvakantie het bed uit moet. Ik heb een afspraak met mijn kapper.
Slaapdronken schuifel ik door een donker huis. Tijdens de douche, ontbijt en fietstocht naar de stad blijft het donker. Bij de treden van de fietsenstalling staar ik naar een donker gat. Pas na een blik op het bord met de openingstijden, dringt het tot me door. Thuis ligt er iemand zich enorm te verkneukelen en lacht de rest van de familie wakker. Ik ben een uur te vroeg, de wekker is express niet terug gezet. Wintertijd, waarschijnlijk door het uur jetlag is het me niet opgevallen. Onvoorwaardelijk vertrouwen in de wekker.
Nu sta ik in het donker, een uur wachttijd in het centrum van Maastricht. Om me heen sluiten de laatste kroegen. De laatste tijgers zwalken huiswaarts.
Ik besluit op zoek te gaan naar het ontwaken van de ‘grande Dame’. Langzaam fiets ik door de binnenstad. In de kroegen worden de ramen verduisterd, voor een laatste afzakkertje aan de toog. Ik verwacht intieme gesprekken, of meer wat het buitenlicht niet kan verdragen. Ik zal het niet te weten komen. Op het vrijthof worden de terrassen schoon gespoten.
Een politiewagen rijdt langzaam achter me aan en stopt wanneer ik foto’s neem. Ik trek me er niet zoveel van aan. Ook niet van het geschreeuw en gebral van huiswaarts kerende zatlappen. Alles in scherp contrast met de bedrijvigheid op de markt, die wordt opgebouwd.
Taxi’s en schoonmaak bedrijven rijden af en aan.
De nacht wordt langzaam verdreven en morgenrood kleurt boven de oostelijke helft. Ik wil dit beeld beter kunnen pakken en fiets zuidwaarts de Pietersberg op.
Hier heb ik een fantastisch uitzicht over de Maas vallei.
Een ontwakende stad wordt geneveld in rode schakeringen. Ademloos sta ik minuten lang te kijken naar dit schouwspel. Ik probeer de kleuren te vangen, alleen de megapixels van mijn mobiel zijn niet genoeg om dit palet digitaal op te kunnen slaan. In dit gedeelte van de stad is het stil, ik hoor alleen het zachtjes suizen van de wind. Het langzaam op gang komende forens verkeer wordt verstomd door een warme zuidenwind. Naast een van de hotels op de berg staan tientallen Poolse auto’s geparkeerd. Hier slapen klusjesmannen, ver weg van eigen land en haard.
Nog eenmaal fiets ik de markt over. Inmiddels zijn alle kraampjes opgebouwd en waren uitgestald. Straks ga ik hier boodschappen doen.
Van een ontwakende stad is eigenlijk geen sprake, de stad slaapt niet. Haar ingezeten zorgen voor een balans tussen rust en waken.
November 12th, 2009 at 9:52 pm
Hoi Bram!
Mooi weer ff je dichterlijke beslommeringen te kunnen lezen. Aanrader: zondagochtend 06.00 uur - bij slapeloosheid - joggend door dezelfde stad, drugstoeristen ontwijkend, schrale bierlucht… het leven kan sjoen zijn …
November 25th, 2009 at 6:54 pm
Kappers die rond de zevenen beginnen??
Maar geen bakkers op zondag?
Tjonge, Nederland is toch een verknipt land!